Een bestaande kubusvormige woning, ingebed in een hellend landschap, krijgt drie nieuwe toegevoegde volumes met elk een eigen functie en volumetrie. De materialen, waaronder de vloer in polybeton, bakstenen wanden en plafonds in zichtbeton, worden doorgetrokken en laten oud en nieuw in elkaar overvloeien.
Een lange luie trap start aan de overgang tussen oud en nieuw en vormt het verbindend element tussen de nieuwe ruimtes.
De logeerkamer krijgt een eigen karakter dankzij het donker eik fineer aan de wanden. Via de kastenwand krijg je toegang tot een contrasterende badkamer in witte gietvloer.
De architectuur van de ruimte straalt eenvoud uit, maar is tegelijk genereus door het grote raam, lichtkoepels, de hoge plafonds en het nauwkeurig gedetailleerde schrijnwerk. De op maat gemaakte lamp en keuken in het atelier zijn speels en kleurrijk, en weerspiegelen het werk van Klaas.